De legende van de tijdreis
Amsterdam, najaar 1668. Buiten huilt de westenwind. Binnen, in een armzalig pand aan de Rozengracht nabij de westrand van de stad, realiseert een groot kunstenaar zich dat hij alles kwijt is. Vrijwel alles. Zijn geliefde Hendrikje. Zijn zoon Titus. Zijn naam en faam. Zijn rijkdom. Alles is weg. Alles is verloren.
Of toch niet?
Hij heeft zijn talent nog. Zijn gave om mensen op het doek tot leven te brengen. Zijn gave om mensen te ontroeren met de door hem geschilderde meesterwerken. Dat talent, dat vakmanschap, dat kan hem nooit afgenomen worden. Niet door een deurwaarder. Niet door het wegvallen van zijn getrouwen, van de mensen op wie hij steunde. Nu is hij weer aan zet! Rembrandt van Rijn is terug! Rembrandt van Rijn gaat een meesterwerk schilderen! Nog eenmaal zal hij de wereld verbazen en een doek schilderen, zo groot, zo schitterend dat hij, Rembrandt, weer het stralend middelpunt van de Amsterdamse schilderswereld zal zijn.
Rembrandt staat op. Aan de slag! Hij moet zijn leerlingen, degenen die hem trouw zijn gebleven, mobiliseren. Uit met de rouw, de treurnis en de ledigheid. De legende komt tot leven. We gaan geschiedenis schrijven.
Geschiedenis zou worden geschreven. De legende zou tot leven komen. Maar niet daar en toen.
Zweeloo, najaar 1883. Er vindt een cruciale ontmoeting plaats. Cruciaal omdat hij bepalend is voor het verloop van de geschiedenis. Cruciaal omdat de legende dankzij deze ontmoeting in leven blijft. Cruciaal omdat hij uiteindelijk ertoe zal leiden dat niet in Amsterdam maar in Emmen geschiedenis zal worden geschreven.
De betrokkenen bij die ontmoeting hadden daar absoluut geen weet van. Het waren een eenvoudige dorpsdominee en een zonderlinge, verarmde kunstschilder die pas na zijn dood zou doorbreken en tegenwoordig als een van de grootste schilders aller tijden wordt beschouwd. Vincent van Gogh toog op een vriendelijke herfstdag vanuit de herberg in Nieuw-Amsterdam waar hij verbleef, naar Zweeloo. Hij vond daar niet wat hij zocht, maakte wel een fraaie schets van het kerkje van het dorp, ontmoette ter plaatse de dominee en vertelde hem iets belangwekkends, wat allang door de mist der geschiedenis bedekt zou zijn, als niet ….
Emmen, najaar 2021. Geschiedenis zal worden geschreven. De legende herleeft. In het Rensenpark in Emmen, de voormalige dierentuin, om preciezer te zijn in het Savannehuis, tot enkele jaren geleden nog het nachtverblijf van de giraffen, gaat de groep schilders die eerder de ‘Nachtwacht’ van Rembrandt op ware grootte naschilderde, nu iets unieks doen: het schilderen van het doek dat Rembrandt in zijn laatste levensjaar van plan was te schilderen. Dit legendarische schilderij zal bijna 350 jaar na Rembrandts overlijden voor het eerst door het publiek te bewonderen zijn, en wel in Emmen.
Waarom Emmen? En hoe het toch komt dat de Emmense schilders precies weten hoe dat baanbrekende schilderij eruit moet hebben gezien? Dat kunt u lezen in het boek ‘De Legende van Rembrandt’ van de hand van auteur Jeroen Zijlstra, dat tegelijk met het gereedkomen van het schilderij zal verschijnen.

De legende van Rembrandt
Er bestaat een legende, dat een oude verpauperde en moegestreden Rembrandt, in de tweede helft van 1668 nog een keer wilde stralen. Hij had een fantastisch idee om nog éénmaal een adembenemend schilderij te gaan maken. Een schilderij dat niet alleen zijn werken tot dan toe zou overtreffen, maar ook voor een deel zouden samenvatten. Spraakmakender, opzienbarender, spectaculairder en qua afmeting zeker net zo groot en imposant als het schilderij van “De schutterij van Banninck Coqc die op patrouille gaat”. Het schilderij, wat later “de Nachtwacht” zou gaan heten. Het nieuwe werk zou hem tot het einde van zijn dagen kunnen onderhouden.
Rembrandt wilde hiermee niet alleen een ode aan de schilderkunst in de 17e eeuw gaan brengen, maar vooral een ode aan zichzelf, door een verzameling van een groot aantal van zijn meesterwerken in één situatie op één schilderij weer te geven.
Begin 1669 moet hij een aantal schetsen gemaakt hebben van mogelijke scenes waarin zich dit af zou kunnen spelen. Mogelijk was hier een schets bij, waarbij een herberg diende als locatie, maar ook een straattafereel behoort tot de een van de mogelijkheden. Hierover bestaat veel onduidelijkheid.
Op het schilderij zouden niet alleen personen van zijn schilderijen als Saskia, Titus, (misschien wel meerdere malen in verschillende leeftijd fases), Frans Banninck Coqc die nu net terug is gekomen van de Nachtwacht met een aantal van zijn mannen, Jan Six, Maarten en Oopje, het Joodse bruidje en nog veel meer, maar ook Rembrandt zelf meerdere malen (zowel als jonge man en als oudere man) voorkomen.
Op basis van de grote hoeveelheid werken die hij had gemaakt, kon hij putten uit een scala aan beelden.
Hij kreeg de tijd niet, want op 3 oktober 1669 stierf Rembrandt. Met hem leek ook dit idee verloren te gaan waarmee het hele plan was afgeschreven. Hiermee zou ook deze legende uitsterven………………..